Wanneer het niet goed lukt om alle signalen te verwerken of ze een plek te geven, dan kan het zijn dat je gaat trillen of zweten. Dat je boos, verdrietig of bang wordt zonder dat je weet waarom dat is. Je hoofd blijft maar vol lopen en je kunt niet meer stoppen met voelen. Hier kan je best wel last van hebben en daarom is het handig om te weten hoe je al deze gevoelens een plek kan geven en goed kan inzetten.

Voelen doe je op verschillende manieren: als je iets aanraakt dan voel je of iets hard, zacht, koud of warm is. Ook kun je via je huid voelen of je trui of sokken lekker zitten. Sommige kunnen ook heel goed aanvoelen hoe anderen zich voelen of hoe de sfeer is in een groep. Voelen doen we dus op verschillende manieren.

Om het duidelijk aan de kinderen uit te leggen, gebruiken we het woord voelsprieten, die functioneren als een soort antennes die signalen via je zintuigen oppakken. Via je ogen kun je zien.  Kinderen die gevoelig zijn kunnen naast de gewone signalen ook goed aanvoelen wat er gaat gebeuren of hoe anderen zich voelen. Als je hier goed gebruik van maakt, is het een echte kwaliteit. Je kunt er anderen goed mee helpen maar ook jezelf omdat je weet wat goed voor jou is.

Wat houdt de training in?
De training bestaat uit 8 bijeenkomsten van een uur. We werken met het boekje ‘Help ik voel zo veel’ geschreven door: Carla van Wensen. Elk kind krijg zijn eigen werkboek en neemt die mee naar de training. Het is een echt werkboek waarin gekleurd, geschreven en gelezen wordt. Als ouder kun je dit makkelijk meelezen zodat je ook in dit proces wordt meegenomen.
Via dit boekje krijg je oefeningen, opdrachten, spelletjes, tips en lees je verhaaltjes om erachter te komen hoe jij je voelt en hoe je daarmee kunt omgaan. De kinderen leren wat voelsprieten zijn en welke voelsprieten zij hebben. Ze leren hoe ze hun volle hoofd weer leeg kunnen maken en hoe zij zichzelf kunnen beschermen tegen te veel prikkels. Ze leren hoe je kunt ontspannen als je hoofd te vol zit en welke gedachten helpend zijn en welke niet. Ook brengen we in kaart welke kwaliteiten het kind heeft.

Voor de ouders:
Vooraf en na de training hebben sociaal werkers contact met jullie als ouders. Als er bijzonderheden zijn, wordt er contact met jullie opgenomen. Via het boekje dat de kinderen meekrijgen, kun je bekijken wat er besproken wordt. Gedurende de voorbereidingen, training en afsluiting vindt er afstemming met IB-er/leerkracht m.b.t. training en kind (met uw vooraf gegeven toestemming).

Voor wie is deze training?
Voor kinderen uit de bovenbouw (groep 5 t/m 8), leeftijd 8-12 jaar

Waar wordt de training gegeven en door wie?
De groep wordt op school gegeven door de vaste contactpersoon van De Boei op jouw school. Als er op je school te weinig aanmeldingen zijn, wordt de groep bij De Boei, of bij een andere school uit het dorp gehouden.

Wanneer is de volgende training en hoe geef ik mijn kind op?
Je kun er naar vragen bij de IBer (intern begeleider) van school. Je kunt ook contact met ons opnemen door een mail te sturen of even te bellen.